Bij convectieverwarming wordt de lucht verwarmd door bijvoorbeeld een radiator of elektrische kachel. Hierdoor ontstaat een luchtstroom (convectie) waarbij warme lucht opstijgt en de koudere lucht daalt. Het kan dus enige tijd duren voordat een hele ruimte op temperatuuur is.
Infraroodverwarming maakt gebruik van infraroodstraling. Hierbij wordt straling direct omgezet in warmte als het een persoon, object of oppervlakte raakt. Bij infraroodverwarming hoeft dus niet de lucht in de ruimte verwarmd te worden, zoals met conventieverwarming. Een groot voordeel hiervan is dat je op deze manier mensen en objecten snel en gericht kunt verwarmen. Hierdoor vindt vrijwel geen warmteverlies plaats. Het is meer gericht verwarmen ipv een hele ruimte.